SV | Dat die hen maken hun gelijk worden, [en] al wie op hen vertrouwt. |
WLC | כְּ֭מֹוהֶם יִהְי֣וּ עֹשֵׂיהֶ֑ם כֹּ֭ל אֲשֶׁר־בֹּטֵ֣חַ בָּהֶֽם׃ |
Trans. | kəmwōhem yihəyû ‘ōśêhem kōl ’ăšer-bōṭēḥa bâem: |
Dat die hen maken hun gelijk worden, [en] al wie op hen vertrouwt.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
Dat die hen maken hun gelijk worden, [en] al wie op hen vertrouwt.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!